Gedragstips


Op deze pagina vind je beknopte, praktische tips over gedragsverandering – speciaal samengesteld om je snel en pakkend te inspireren. Je ontdekt hier hoe je met gedragswetenschap je impact kan vergroten. Van het stimuleren van duurzaam gedrag tot het versterken van intern draagvlak: deze kennis biedt handvatten voor effectief beleid. Wil je meer dan beknopte kennis? Geen zorgen, we vertellen je ook waar je verdieping kunt vinden.

📌 Waarom bewustwording vaak niet tot gedragsverandering leidt

Bewustwording is vaak niet genoeg om gedrag te veranderen omdat mensen het merendeel van hun keuzes onbewust maken. Vaak is het effectiever om de capaciteit (kunnen) van je doelgroep te vergroten en de gelegenheid (fysieke omgeving) te veranderen. Hierdoor wordt het gewenste gedrag automatisch uitgevoerd.

Hoe zit dat?

Mensen denken op twee manieren: snel en intuïtief met systeem 1, of langzaam en bewust met systeem 2.

  • Systeem 1 stuurt de meeste dagelijkse beslissingen automatisch aan, zoals je tanden poetsen of snel de kortste route kiezen.
  • Systeem 2 komt in actie bij complexere taken, zoals het vergelijken van hypotheken of het invullen van een belastingformulier, waar meer denkwerk en tijd voor nodig zijn.

Wist je dat mensen op één dag ongeveer 95% van hun beslissingen met systeem 1 nemen? Onbewust dus!

Wil je hier meer over weten? Je leest het in dit nieuwsbericht.

📌 Gedragsinterventies: Schiet je gericht of met hagel?

Kies niet zomaar een oplossing als je gedrag wilt veranderen, maar begin met een probleemanalyse. Er zijn talloze technieken om gedrag te veranderen, maar wat in de ene situatie werkt kan in een andere situatie niet effectief of zelfs averechts werken. Voordat je een oplossing bedenkt is een gedegen probleemanalyse dus cruciaal.

Hoe zit dat?

Een probleemanalyse helpt om de situatie, doelgroep en oorzaken helder te krijgen. Je weet dan waarom je doelgroep het gedrag wel of niet uitvoert. Als je je oplossing of interventie op de oorzaken afstemt wordt de kans op een succesvolle gedragsverandering veel groter.

Heb je hier hulp bij nodig? Je leert het in onze gedragstrainingen.

Naar onze trainingen

📌 Gebruik het MCG-model als check tijdens een probleemanalyse

Het MCG-model helpt om gedrag te begrijpen door drie essentiële factoren te analyseren: motivatie, capaciteit en gelegenheid. Alle drie deze factoren moeten aanwezig zijn om gedrag tot stand te laten komen.

Hoe zit dat?

  • Motieven zijn de redenen waarom iemand gedrag vertoont, zoals overtuigingen, sociale normen en gewoontes.
  • Gelegenheid verwijst naar de fysieke omgeving die het gedrag mogelijk maakt of beperkt, zoals de aan- of afwezigheid van een gft-container.
  • Capaciteit omvat de vaardigheden en kennis die nodig zijn om het gedrag uit te voeren, zoals weten welk afval bij het gft moet.

Alle drie deze factoren moeten aanwezig zijn om gedrag tot stand te laten komen. Dus weet je waar het bij jouw doelgroep aan ontbreekt? Dan geeft dat richting voor je oplossing. Ga na of het gedrag vooral beïnvloed wordt door motieven, capaciteit of gelegenheid en stem je interventie daar op af. Hiermee verhoog je de kans dat de interventie effectief inspeelt op de belangrijkste gedragsfactoren.

Heb je hier hulp bij nodig? We leren het je graag tijdens een van onze gedragstrainingen. Naar onze trainingen

Figuur waarin wordt uitgelegd hoe motivatie, capaciteit en gelegenheid van invloed zijn op gedrag.

📌 Focus op het gedrag waar veel mensen voor openstaan, maar nog niet doen

Wil je spullen langer in de omloop houden? Stimuleer levensduurverlengend gedrag door je te richten op eenvoudige gedragingen die voor veel mensen relevant voelen, zoals het weggeven of repareren van spullen. Bouw pas later op naar moeilijker levensduurverlengend gedrag zoals refurbished producten kopen.

Hoe zit dat?

Uit onderzoek blijkt dat er een mindset voor levensduurverlenging bestaat. Dat wil zeggen dat mensen die levensduurverlengend gedrag vertonen, vaak ook ander gedrag vertonen dat de levensduur van spullen verlengt. Iemand die bijvoorbeeld spullen repareert, zal ook vaker spullen weggeven of verkopen. Binnen deze mindset hebben mensen ook gedeelde opvattingen over welk levensduurverlengend gedrag makkelijk, gemiddeld of moeilijk is. Spullen weggeven is laagdrempelig, spullen repareren heeft een gemiddelde drempel, en tweedehands of refurbished producten kopen heeft een hoge drempel.

Je ziet in onderstaande afbeelding dat gedragingen rondom weggeven van spullen onderaan de ladder staan. Zij hebben een lage drempel en worden dus makkelijker uitgevoerd. Gedragingen zoals refurbished en tweedehands kopen staan hoger op de ladder staan en worden dus moeilijker uitgevoerd.

Tredes circulair gedrag

📌 Consuminderen: Onderzoek naar circulair gedrag

Er is een dringende noodzaak om onze consumptie en daarmee de druk op het milieu te verminderen. Een logische oplossing lijkt minder consumeren en produceren, ook wel consuminderen genoemd. Door de positieve kanten van consuminderen centraal te stellen wordt een circulaire levensstijl aantrekkelijker.

Hoe zit dat?

Minder consumeren en produceren is echter geen aantrekkelijk en overtuigend verhaal, omdat consuminderen afwijkt van de traditionele opvatting van welvaart en groei. Om mensen toch mee te krijgen hebben we een nieuw narratief ontwikkeld, waarin niet-kopen niet alleen als minder, maar juist als waardevol wordt gezien. Een toekomst met minder spullen biedt namelijk ook kansen voor meer rust, ruimte en betekenisvolle ervaringen. Door deze positieve kanten van consuminderen centraal te stellen wordt een circulaire levensstijl aantrekkelijker.

Keuzeoverload treedt op wanneer mensen worden geconfronteerd met te veel opties, wat kan leiden tot besluiteloosheid. Dit is relevant voor circulaire beleidsprogramma’s, waar burgers of bedrijven soms moeten kiezen tussen meerdere duurzame opties. Onderzoek toont aan dat te veel keuzes vaak verlammend werkt.

Tips voor beleidsmedewerkers:

  • Lees meer over dit (geteste) verhaal.
  • Gebruik het in jouw eigen boodschappen over minder consumeren.
  • Ondersteun initiatieven die dit nieuwe verhaal versterken, zoals deelplatforms en reparatieservices.
  • Deel dit verhaal met je collega van economie en vermijd campagnes die aanzetten tot overconsumptie.

📌 Hoe zet je de sociale norm in voor een schone buurt?

Motiveer ondernemers en buurtbewoners om de buurt schoon te houden, met behulp van de sociale norm. De sociale norm is wat mensen denken dat het normale gedrag in een situatie is. Dit heeft een sterke invloed op hoe mensen zich gedragen omdat mensen van nature groepsdieren zijn.

Hoe zit dat?

Mensen passen hun gedrag dus vaak aan naar het gedrag van anderen. Dit principe pasten we toe in Amsterdam rondom een grote opruimactie. We vroegen aan ondernemers om raamstickers op te hangen met de tekst 'Samen voor een schone buurt. Help jij ook mee?'. Dit versterkt het idee dat het in betreffende buurten ‘normaal’ gedrag is om de buurt schoon te houden.

Wil jij ook gebruik maken van deze raamstickers?

Download de toolbox

📌 Consuminderen maakt toch gelukkig

Stimuleer niet-kopen door alternatieven aan te bieden die langdurig geluk bevorderen, zoals het investeren in sociale of culturele ervaringen. Of bied reparatiemogelijkheden aan in winkelstraten en op andere druk bezochte plekken in steden. Dit helpt de overgang naar een circulaire economie zonder afbreuk te doen aan het welzijn van mensen.

Hoe zit dat?

Uit onderzoek blijkt dat kopen vaak leidt tot korte-termijngeluk, terwijl niet-kopen, hoewel beter voor het milieu, niet dezelfde voldoening geeft. Dit maakt het stimuleren van niet-kopen lastig, omdat het niet direct bijdraagt aan geluk. Een oplossing is om niet-kopen aantrekkelijker te maken door mensen te laten investeren in ervaringen in plaats van spullen. In plaats van een nieuw product te kopen, kunnen mensen hun geld besteden aan belevenissen, workshops of evenementen. Deze ervaringen geven vaak langer en dieper geluk, terwijl ze geen negatieve impact hebben op het milieu.

📌 Verlamming door een keuze-overload

Voorkom keuze-overload door het aantal keuzes te beperken tot enkele duidelijke opties. Bijvoorbeeld: bij subsidies voor circulair bouwen kan het helpen om slechts drie duurzame opties aan te bieden, zoals gerecyclede materialen, energie-efficiënte technologieën en hergebruikinitiatieven. Dit zorgt ervoor dat mensen sneller een beslissing nemen en verhoogt de kans op deelname aan circulaire programma's.

Hoe zit dat?

Keuze-overload treedt op wanneer mensen worden geconfronteerd met te veel opties, wat kan leiden tot besluiteloosheid. Dit is relevant voor circulaire beleidsprogramma’s, waar burgers of bedrijven soms moeten kiezen tussen meerdere duurzame opties. Onderzoek toont aan dat te veel keuzes vaak verlammend werken.

📌 Hoe beperk je de koopprikkel met effectieve maatregelen?

Tip voor beleidsmedewerkers

Begin met het verbieden van reclame voor fast consumptiegoederen en gratis retourneren. Dit heeft een breed bereik en een aanzienlijke gedragsimpact.

Hoe zit dat?

Inzicht

Verboden op fossiele reclames kunnen de koopprikkel significant verminderen door het aantal consumptieprikkels in de leefomgeving te verlagen. Dit verlaagt de impulsieve aankopen en versterkt duurzame keuzes.

Handelingsperspectief

Beleidsmakers kunnen starten met individuele maatregelen en deze gepast communiceren om draagvlak te creëren. Het is essentieel om de effecten te monitoren en leerpunten te benutten voor verdere implementatie.

Lees meer over het kennisdocument 'De gedragseffecten van maatregelen gericht op het verminderen van de koopprikkel'.