Samen verduurzamen
Al ruim 100 jaar maakt brancheorganisatie INretail ondernemen makkelijk. Zij helpt retailers bij hun economische groei. En de laatste jaren steeds meer bij een omslag naar duurzaam ondernemen. Want ook de textielbranche moet verduurzamen. Denk aan betere productieomstandigheden, minder afval en meer toepassingen van gerecyclede materialen in de winkel. Maar hoe doe je dat? En hoe zorg je dat je de juiste impact genereert? INretail bundelt krachten en zet koers. MVO-adviseur Femke den Hartog legt uit hoe.
Wie: Femke den Hartog
Wat: brancheorganisatie INretail
Doet: senior-adviseur MVO
‘Samen met de Dutch Sustainable Fashion Week, TNO en Hogeschool Inholland ontwikkelden we een toolkit met daarin een volledige communicatielijn.’
Wat doet INretail precies?
FdH: ‘INretail is een brancheorganisatie voor de non-food sector. We vertegenwoordigen 13 duizend textiel- en meubelwinkels in Nederland en we proberen de stem van onze leden door te laten klinken bij de ontwikkeling van relevante wet- en regelgeving. Waar nodig voorzien we onze leden van kennis en helpen hen bij complexe zaken. Zoals de ontwikkelingen rondom duurzaam textiel.’
Hoe helpen jullie bij die ontwikkelingen?
FdH: ‘Onze achterban is divers. Een groot deel bestaat uit zelfstandige ondernemers met 1 of een paar winkels. Een ander deel bestaat uit grote winkelketens met hoofkantoren in binnen- of buitenland. Dat zijn vaak de winkels in grote winkelstraten die naast verkoop ook zelf collecties ontwerpen en produceren. Voor al deze leden wil INretail een prettig duurzaam ondernemersklimaat realiseren. Onder meer door in gesprek te gaan met beleidsmakers over duurzaamheidsmaatregelen en dat ze die zo toepassen dat ze uitvoerbaar zijn. Want bedrijven willen graag duurzamer werken, maar dat moet niet te veel lasten opleveren. Hierin trekken we op met Modint.’
Hoe helpen jullie kleine retailers bij hun duurzame transitie?
FdH: ‘We nemen hen vooral mee in de ontwikkelingen die er al zijn en bereiden hen voor op duurzaamheidswetgeving. Zo helpen we al tien jaar bedrijven bij het verduurzamen van hun internationale ketens. Daar ontstaat nu ook regelgeving voor, maar die noodzaak zagen wij al vroeg. Ook geven we informatie over wat wel en niet duurzaam is. En samen met de Dutch Sustainable Fashion Week, TNO en Hogeschool Inholland ontwikkelden we een toolkit met daarin een volledige communicatielijn. Die lijn bestaat uit middelen voor in de winkel, zoals labels met informatie voor aan de kledinghanger, en een website. En er zit een kaartspel in waarmee je als ondernemer het gesprek over duurzaamheid kunt aangaan met je personeel. Je kunt via die toolkit zelfs workshops volgen over duurzaam ondernemen.’
Wat kunnen retailers doen met die informatie?
FdH: ‘Ze kunnen hun winkel duurzaam inrichten met duurzame merken. En ze kunnen informatie bieden over duurzaamheidsclaims? Wij voorzien hen van dit soort kennis waarmee zij hun klanten kunnen ‘opvoeden’. Denk daarbij ook aan voorlichting op het gebied van wassen en repareren. Wat betreft die voorlichting ligt er echt een rol voor kleine retailers, want zij hebben veel contact met hun klanten.’
Botst dat niet met hun verkoop?
FdH: ‘Klanten die tevreden zijn over de winkel waar zij kopen, en over een kledingstuk dat langer meegaat, Komen vaak terug bij zo’n winkel. De duurzame investering betaalt zich terug.’
En hoe helpen jullie grote retailers bij hun duurzame transitie?
FdH: ‘Actueel is de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) voor textiel. Die houdt in dat elke organisatie die kleding of huishoudtextiel op de Nederlandse markt zet, ook zelf verantwoordelijk is voor de inzameling, verwerking en hergebruik of recycling van die producten. In 2025 moeten ze 50 procent van wat terugkomt circulair verwerken, in 2030 is dat al 75 procent. In principe is de UPV een individuele plicht. Maar omdat de praktijk best ingewikkeld is, pakken we dit als sector op. Vanuit de Stichting UPV Textiel werken we samen met gemeenten, inzamelaars en verwerkers. Gelukkig wordt er via gemeenten en kringloopwinkels al veel ingezameld en beschikken we in Nederland over een bloeiende textielverwerkingssector. Daar bouwen we momenteel op voort.’
‘Als we alleen datgene produceren wat we gebruiken, is er al veel winst te behalen.’
Hoe zit het met duurzaam produceren?
FdH: ‘Wat betreft duurzaam produceren zetten we met de UPV ook in op innovatie. Zo moeten er op grote schaal mogelijkheden komen voor het produceren van gerecyclede garens. En die garens moeten vervolgens in nieuwe kleding worden verwerkt, in plaats van virgin materialen. Ook werken we in productielanden nauw samen met kennispartners en NGO’s om daar de productieomstandigheden te verbeteren. Vanuit een traditie werkt onze sector graag samen met veel partijen. Zo sloten we in 2016 een convenant met NGO’s, vakbonden en de overheid om daarmee de productieomstandigheden voor mens, dier en milieu in productielanden te verbeteren. We zitten nu aan tafel voor een vervolg.’
Waar zit de grootste uitdaging voor ondernemers als het gaat om verduurzamen?
FdH: ‘Het enthousiasme voor verduurzaming bij bedrijven is ongekend. De uitdaging is het businessmodel. De marges zijn klein. De afgelopen 40 jaar is kleding steeds goedkoper geworden. Bedrijven zijn pas rendabel als ze grote volumes omzetten. Dus wil je met duurzame materialen werken en onder goede arbeidsomstandigheden produceren, dan moet de gemiddelde prijs van kleding omhoog of je moet in je aanbod snijden. Toch zie je dat ook winkels in het lagere segment hier grote stappen in maken. Dus het kan wel.
Met als gevolg dat kleding weer duurder wordt?
FdH: ‘We moeten weer een reële prijs kunnen vragen, zodat alle segmenten uit de textielketen goed af zijn. Maar dat ook mensen die rond het bestaansminimum leven nieuwe kleren kunnen kopen. Ik denk dat hier een rol ligt voor de producenten, namelijk, minder produceren. Als we alleen datgene produceren wat we gebruiken, is er al veel winst te behalen.’
Helpen jullie de grote, ook producerende retailers daarbij?
FdH: ‘Waar we kunnen, helpen we, bijvoorbeeld door het stimuleren van samenwerking. De meeste grote bedrijven hebben duurzaamheid hoog in het vaandel staan. Ik werk nu 12 jaar bij INretail als beleidsadviseur duurzaam ondernemen en ik heb het speelveld volledig zien veranderen. Waar een duurzaamheidscoördinator vroeger ergens achter in de gang zat weggestopt, zit die nu dicht op het bestuur en heeft vaak al een vaste plek in de board room.’
Hoe duurzaam doen we het nu in Nederland?
FdH: ‘Er zijn in Nederland al veel bedrijven die hun nek uitsteken. Denk aan Zeeman die kleding terugneemt en tweedehands verkoopt. En er zijn meer van dit soort koplopers. Ga ervan uit dat elke ondernemer die het textielconvenant tekende, al goed bezig is.’
Wat vind jezelf het meest spannend aan dit proces?
FdH: ‘Of we de juiste stappen zetten met de sector. We zitten in een transitiefase, wat betekent dat we een kant opgaan die we nog niet kennen. Tegelijkertijd moeten we wel zeker weten dat de maatregelen die we nemen, impact maken. Want die maatregelen zijn vaak zo groot dat je ze niet even kunt uitproberen. Al met al krijgen we gewoon niet zoveel kansen om het goed te doen. Daarom moeten we voortdurend scherp zijn op wat we doen en wat het effect daarvan is. Feiten en cijfers zijn belangrijk. En zo nu en dan wat dwang en drang. Maar tegelijkertijd moeten de maatregelen wel proportioneel zijn en het speelveld eerlijk voor iedereen die meedoet.’
Zie je het zitten?
FdH: ‘Zeker, de spirit is er, dat zie ik en dat voel ik. Waar ik vroeger heel vaak achter mensen aan moest bellen om iets voor elkaar te krijgen, kan het ze nu niet snel genoeg gaan. En dat is precies wat we nodig hebben.’